De broer van D. logeerde tijdelijk bij hem in zijn appartement aan de Rolderstraat. D. vond dat zijn broer hem niet met respect behandelde en hem kleineerde. Tijdens de ruzie haalde hij een pistool uit zijn kamer en stopte er een kogel in. Hij verklaarde dat hij hoopte dat zijn broer daarvan onder de indruk was, maar dat bleek niet het geval.
Geen moord maar doodslag
De 23-jarige Assenaar heeft verklaard dat het wapen per ongeluk afging toen hij uit frustratie een zwaaibeweging met zijn arm maakte. De dood van zijn broer was daarom een ongeluk. De rechtbank zegt dat dat niet kan. Uit technisch onderzoek aan het wapen is gebleken dat een kogel er alleen uit komt, als iemand de trekker overhaalt.
Wel gelooft de rechtbank dat de man van tevoren niet van plan was zijn broer te vermoorden. Ze vindt voorbedachte rade niet bewezen en heeft de man daarom vrijgesproken van moord. Het schieten gebeurde op een moment waarop de man erg emotioneel was. De rechtbank vindt doodslag daarom bewezen. Het vuurwapen dat D. in huis had, had hij naar eigen zeggen ergens in een bos in Assen gevonden.
Behandeling
De straf is gelijk aan de eis van de officier van justitie. De rechtbank houdt er rekening mee dat de man een psychische stoornis heeft is, waardoor hij sterk verminderd toerekeningsvatbaar is. Hij wordt inmiddels behandeld in de gevangenis. De rechtbank heeft ook een maatregel opgelegd, waardoor het Openbaar Ministerie na zijn celstraf nog verdere behandeling kan eisen.
Door: Annemiek Meijer/ADP