Voor aankomend seizoen hebben nog drie speelsters toegezegd bij Visser Assen/ Sudosa-Desto dames 1 te blijven volleyballen. Beau de Vries, Romee Veenstra en Manon Torenbeek gaan zich klaarmaken voor hun debuut in de Eredivisie.
Spelverdeelster Beau de Vries blijft in Assen spelen. Ze doorliep de volledige jeugdopleiding bij Sudosa-Desto en na twee seizoenen in de Topdivisie is ze heel benieuwd naar de Eredivisie: “Ik ga altijd voor het hoogst haalbare en het is een droom die uitkomt om met Sudosa-Desto in de eredivisie te mogen spelen.” Coaches Mark Afman en Erwin Sikkema zijn blij met de ontwikkelingen die ze door heeft gemaakt: “Ze heeft het gehele jaar het kampioensteam in de Topdivisie geleid en de lijnen uitgezet. Ze speelt gebalanceerd, stabiel, intelligent en creatief. Precies de elementen die ons team nodig heeft en wij zien de combinatie met Danique Aardema dan ook met vertrouwen tegemoet.”
Passer-loper Manon Torenbeek begon bij volleybalvereniging Sleen en stapte in 2017 over naar Emmen ’95. Aankomend seizoen wordt haar vierde seizoen in het eerste damesteam van Sudosa-Desto. Manon: “Het doel is om vooral ontzettend veel passie en plezier te beleven. We zullen uiteraard veel gaan leren, maar de focus ligt toch ook vooral op een mooie prestatie neerzetten.” Coaches Afman en Sikkema: “Het kanon van Sudosa gaat meer vrijheid krijgen, ze zal meer controle binnen de lijnen nemen en een nog groter aanvalsgeweld brengen.”
Ook Romee Veenstra blijft in het groen van Visser Assen/ Sudosa-Desto dames 1 spelen. De uit Dedemsvaart afkomstige passer-loper speelde eerder bij Olhaco in Hoogeveen. Ze verwacht dat het spelen in de Eredivisie een pittige stap zal zijn: “Maar ik ben erg blij dat ik de kans krijg, ik ga de uitdaging aan en wil mezelf laten zien. Ik hoop dat ik met de speelsters om mij heen, mezelf naar het vereiste niveau kan trainen.” Afman en Sikkema: “Het zijn de uren die gemaakt gaan worden, haar skills en vooral haar mentaliteit die ons team compleet maakt. Romee is duidelijk: ik ga het halen koste wat kost.”