We krijgen door klimaatverandering steeds warmere winters met minder ijsdagen waarop het de hele dag blijft vriezen en minder vaak strenge vorst. Hierdoor wordt de kans op een natuurijs steeds kleiner. Bovendien waait de wind in de winter vaker uit het westen of zuidwesten en uit die hoek wordt milde oceaanlucht aangevoerd.

Natuurlijk komen ook in een opgewarmd klimaat nog koude periodes voor. Noorden- of oostenwinden voeren dan veel koudere lucht aan dan gemiddeld. Toch is deze aangevoerde lucht wel minder koud dan bij een vergelijkbare situatie in het verleden. Het noordpoolgebied is inmiddels al bijna vier graden opgewarmd. De opwarming gaat daar extra hard. Het moet wat dat betreft dus steeds meer meezitten om voldoende kou te krijgen voor de vorming van natuurijs op open water. En omdat de belangstelling in zo n geval heel groot is zal er ook flink dik ijs nodig zijn om veilig te kunnen schaatsen.

Deze winter wel geschaatst
Toch is er in deze zachte winter wel al op enkele plekken geschaatst. Skeelerbanen, met eronder isolatiemateriaal om de bodemwarmte weg te houden van de baan, hebben vaak aan één nacht met matige vorst (temperaturen beneden -5 graden) al genoeg. Door het aanbrengen van laagjes water ontstaat geleidelijk een dunne ijslaag boven op het asfalt. Steeds vaker zullen we in de winter aangewezen zijn op deze vorm van natuurijs.

Voor de komende weken zit er geen winterweer in de verwachting. Alleen tijdens nachtelijke opklaringen kan het een keer een graadje vriezen en is er kans op lokale gladheid. Van vorming van natuurijs zal geen sprake zijn. Ook voor februari tonen de weermodellen een grote kans op zacht winterweer.

ANP Expert Support - Jaco van Wezel, meteoroloog Weeronline